Soms moet je stad, land en internet afreizen om nieuw foodlingo te spotten. Maar heel soms staat het gewoon bij je op de stoep. Een tas vol. Zoals afgelopen week. Het kwam van eetschrijvers Nadia Zerouali en Merijn Tol van de Arabia-kookboeken, waarin ze een stroom aan Midden-Oosterse ingrediënten introduceren. En omdat die hier niet altijd verkrijgbaar zijn, zetten ze zelf maar een productenlijn op: SOUQ. Daarin – en in de tas op de stoep – onder meer freekeh, dat ook in de Foodlingo Bijbel voorkomt en net als sumak, za’atar en tahina geen onbekenden zijn voor de oplettende foodlingoïst. Anders is dat met moghrabieh.
Moghrabieh (spreek uit: mo-gra-bie-ja) heet ook wel parelcouscous en betekent volgens Nadia en Merijn op hun website: ‘couscous uit de Maghreb’. De roomwitte tot parels gerolde deegbolletjes van semolina (griesmeel), water en zout zitten tussen pasta en couscous in en zouden oorspronkelijk uit Libanon en het Midden-Oosten stammen. Anderen pinnen de bij voorkeur handgerolde parels specifiek op Marokko. De naam zou in de loop der tijd geëvolueerd zijn van maghribiyah (uit Marokko) tot moghrabieh.
In de Noord-Libanese stad Tripoli wordt mograbieh traditioneel gegeten met kikkererwten, uien en soms kip of ander vlees, op smaak gebracht met piment, kaneel en karwij. Maar ook als pasta, in soepen of salades doet-ie het goed, aldus de kersverse foodondernemers die met hun Midden-Oosterse/Noord-Afrikaanse productenlijn niet alleen geheel volgens de geldende foodtrends aan het ‘blurren’ oftewel cross-overen zijn geslagen (ze maken namelijk een cross-over van schrijven naar productontwikkeling). En die in een moeite door aantonen dat ook de DIY-trend nog altijd alive and kicking is.
Net als foodlingo.
© Marjan Ippel, Talkin’ Food® 2014