Trendvorsers zijn het wereldwijd eens. Jackfruit, die groene van oorsprong Zuid-Indiase vrucht met spikes, wordt unaniem getipt als dé vleesvervanger van 2017. Het op watermeloen na grootste stuk fruit ter wereld dankt deze nominatie aan z’n vezelige vruchtvlees. Dat maakt de gigantische boomhanger die ook wel Jack, Jak of Nangka (op z’n Indonesisch) heet, perfect voor o.a. pulled jackfruit.
Jack in Sri Lanka; © Marjan Ippel
Nu de eetwereld in rap tempo veganiseert, wordt er voor elk dierlijk ingrediënt een dierloze variant gezocht. En dankzij de inventiviteit en experimenteerdrift van veel veganisten, met behoorlijk wat succes.
Van de Hollandse weedburger op basis van zeewier, tot eiwit-copycat aquafaba.
Maar de natuur zelf doet ook flink mee. Al millennia, trouwens. Er zijn namelijk tal van prima vleesvervangers die je zo uit de grond kunt trekken of van de boom plukken. Zoals jackfruit. Gigantisch (tot wel 50 kg), goudgroen, met vriendelijke stekels en binnenin gele vrucht-zakken.
Op jonge leeftijd heeft Jack nog geen suikers ontwikkeld, waardoor hij nog niet die friszoete smaak heeft van de latere rijpe staat. Ook heeft hij dan nog die vlezige vezeltextuur en alvast tonnen goede bestanddelen als calcium, potassium, ijzer en heel weinig vet.
Om te gebruiken als vleesvervanger wordt-ie daarom jong geoogst en gegaard, opdat z’n vleesneigingen volop tot uiting komen. Trek het gare vruchtvlees met een vork uit elkaar en je hebt pulled jackfruit. Voor op een broodje, in een taco of op een onigiri.
Geen carnivoor die gaat klagen.
PS. Verwar jackfruit niet met durian die niet eens botanisch gezien familie is. En die daarnaast echt stekende spikes heeft, lang geen 50 kilo wordt (gemiddeld zo’n 2,5 kg) en heel wat erger meurt dan Jak. Denk: zweetsokken versus kauwgum.
© Tekst: Marjan Ippel, Talkin’ Food® 2017
Meer foodlingo hier.